zaterdag, mei 26, 2007

 

Newly added links.












The other day I was asked if it would be possible to write the articles in the Villa La Repubblica web log in English. Well, it might be possible. But would it be useful? I don’t think so. Most readers are Dutch. English is usually at best their second language. Of course it would be very chic to write in English, while dreaming about the Villa playing A Role In This World. I leave that kind of dreaming to others.
However I added a few new links with some international flavour (See column on right-hand side of this page). To be courteous to the owners this article is - for once - in English.
In this article I mentioned Erkan Saka’s web log. From Istanbul he scrupulously searches the web for articles about Turkey and the European Union. These days it ‘s very interesting to follow it, as he updates almost on a daily base. As far as he is commenting on Turkish and European affairs, it is not from the usual Turkish point of view - neither pro (moderate) Islamism nor hysterically pro secularism. Sometimes he seems to be a bit melancholy about the situation in Turkey, which also seems to be reflected by his personal situation. But that makes his web log personal, intelligent, sympathetic and highly readable. Now and then some hysteria does enter his web log when he is talking about soccer - particularly about Besiktas - . But we kindly forgive him for that, as that disease seems to be incurable all over Europe.
In this article about the Dutch parliamentary elections I was also writing about the Cretaceous (and why not?). It is a long time since (the Cretaceous? last elections?) and we have a new cabinet now. A strange amalgam of quasi socialism and Christianity, as an answer to the former coalition of hard boiled nationalistic capitalism and (sic!) Christianity (same prime minister). And in both cabinets were/are ministers who find evolution theory at least just another theory next to creationism. The present minority coalition partner Christian Union even finds evolution and Darwinism sheer nonsense. Well (sigh!) at least let’s say it doesn’t make them bad people (as long as they are not deciding about education, science policies, culture and health - which they partly do as members of the cabinet). In the United States however, these kind of people have indeed turned nasty. They make enthusiastic scientists look like bad criminals or nazis. And that idea has already permeated local and federal leadership. All the more interesting to read the always lively web log of American palaeontologist (at the Cleveland Museum of Natural History) Michael J. Ryan. Apart from keeping us up to date about the last scientific theories and current field work, he also writes about natural history in general and about all kinds of dinosauralia.
In this article I wrote about the then examinee Shafiq Soroush. By that time his web site was under construction. But now he has an easily accessible website presenting older and more recent works. I wrote in the article that his works are small as well as monumental. Just see on his web site the difference between his youth drawings and his present work. The intimacy and poetry was already there in the old drawings, but these works - apart from being attractive for their craftsmanship - have little artistic perspective. The danger of repetition is always there. Recent works however have opened the door to unlimited possibilities. Poetry and intimacy have become expression in his last works as I saw for myself last year in the Royal Academy and recently in De Levante gallery in Amsterdam. Keep in touch with his web site for new developments!
Another interesting artist whose work I discovered last year is Dutch draughtsman B.C. Epker. His web site contains a lot of works. There is a clear Dutch couleur local in many of his drawings, but their atmosphere is clearly recognisable to anybody. His scenes seem to be invented by a film director. Imagination sometimes plays nasty games with reality. The way he uses his pens and pencils is appropriately versatile. Both everything and nothing seem to be accidental in his drawings. I mentioned him here.

Photographer Marnix Goossens was mentioned in two recent articles. His pictures have their own individuality, their own mechanisms. Small observations are almost transformed into characters. Take a look at his pictures.
BP




Labels:

  • CONTACT
  • Facebook
  • donderdag, mei 03, 2007

     

    In memoriam Mstislav Rostropovich




    Van boven naar beneden: Mstislav Rostropovich, Pierre Fournier, Pablo Casals.

    Wie kan zeggen wie de grootste cellist was? Volgens de Engelstalige Wikipedia http://en.wikipedia.org/wiki/Mstislav_Rostropovich was dat Mstislav Rostropovich, die 27 april overleed. Mijn kennis omtrent cellisten is beperkt.
    Was het Pablo Casals? Die ken ik van de zes cellosuites van Bach (zo’n beetje uitgevonden door Casals) en wat opnames uit de jaren '50 van het Prades festival met kamermuziek van Mozart, Beethoven, Schumann en Brahms. Zijn gepassioneerde aanpak wint je makkelijk voor alle muziek die hij speelt. Hier en daar vliegt er eens een noot weg en hier en daar blijkt de aanzet van een streek belangrijker dan het uiteindelijke resultaat ervan, maar dat draagt in feite alleen maar bij tot Casals’ grootheid.
    Was het Pierre Fournier? Misschien wel één van de meest Frans klinkende cellisten ooit (ook weer zo’n uitspraak…). Het stuk dat ik het eerste van hem kende was het Tripelconcert van Beethoven, samen met andere (quasi-)legendes als Géza Anda in de ongelofelijk ondankbare pianopartij, Wolfgang Schneiderhan - naar mijn idee vooral beroemd om zijn accurate maar saaie spel - en dirigent Ferenc Fricsay die alles indrukwekkend massief maakte. Waar de andere drie hun ernstige best deden, leek Fournier compleet op te gaan in zijn bijdrage. Vanaf zijn eerste noot maakt hij van het stuk (toch bepaald niet één van Beethoven’s meesterwerken) iets bijzonders. Waar Schneiderhan klinkt als een kirrende keukenmeid, klinkt Fournier als een engel. Later kwamen daar meer werken bij: het onvermijdelijke celloconcert van Dvorak, de even onvermijdelijke Rococo variaties van Tchaikovsky en concerten van Schumann en Saint Saëns en wat kamermuziek van Chopin en van Beethoven. Alles met die oneindig poëtische vervoering.
    Nu ja en zo ken ik nog wat celloconcerten van Dvorak, Rococo-variaties, Bach suites en Beethoven sonates met verschillende cellisten variërend van prachtig tot fantastisch.
    Torent Rostropovich daar nu bovenuit? Aanvankelijk was ik weinig gecharmeerd van Rostropovich. Ik vond dat hij een zooitje maakte van de cellosuites van Bach. Oeverloos romantisch gekweel in plaats van een levendige Bach. Wie Bach verbruit, verbruit het bij mij. Maar dan de Beethoven sonates (samen met Richter). Het eerste wat opviel was dat Rostropovich ze volledig speelt. De meeste cellisten doen dat niet. Naar mijn smaak één van de ergste vormen van gebrek aan respect die je Beethoven aan kan doen. Beethoven dacht in volumes en verhoudingen en niet alleen maar in aardige themaatjes. Wat bij Rostropovich en Richter bovendien opvalt is dat zij de spanningsbogen die Beethoven creëerde met zijn volumes fraai uitbuiten. Een kans die andere koppels dus laten liggen (o.a. Tortelier - Heidsieck, Fournier - Fonda, Bijlsma - Van Immerseel). Daarmee was ik al weer meer gewonnen voor Rostropovich. Daarna volgden (uiteraard) het Dvorak concert en de Rococo-variaties en op dvd de memorabele uitvoering van het Dubbelconcert van Brahms met de waarlijk legendarische David Oistrakh (viool) en het Moskous Filharmonisch onder leiding van Kondrashin in de Royal Albert Hall. En inderdaad, alles even fantastisch. Om nog te zwijgen van de muziek van tijdgenoten als Shostakovich , Prokofiev en Britten, die componeerden voor Rostropovich.
    Maar wat nu specifiek kenmerkend is aan het spel van Rostropovich, vind ik moeilijk te zeggen. Is het de intensiteit waarmee hij speelt? Andere goede cellisten spelen ook intens. Is het de passie? Memoreer dan wat ik eerder over Casals en Fournier zei. Of is het nu juist alles wat je van een cellist verwachten mag? Behalve dan de Bach suites.
    Maar er is meer dat spreekt bij Rostropovich dan alleen zijn spel. En dat speelt ongetwijfeld mee in de perceptie die we van hem hebben - ook van zijn spel. Als dissident en als balling was hij hier in het Westen al meer dan een briljant musicus. Als huisvester van Solzhenitsin, leek hij een man die nergens bang voor was. Dat maakte hem terecht populair. (Overigens was Casals ook een dissident én balling: van het Franco regiem. Een feit dat toch nogal eens wordt afgedaan als een artistieke buitennissigheid van een groot artiest, of als een illustratie van het flamboyante, mediterrane karakter van Casals. Ik vrees dat één en ander meer met de verschillen in politieke percepties ten aanzien van Franco en het Sovjet regiem te maken heeft, dan met de personen van de beide cellisten). Maar het is de vraag of dat invloed had op zijn muziek. Misschien maakte het de overtuigingskracht van zijn spel groter. Maar dat is toch meer een kwestie van karakter dan van dissidentschap?
    Niettemin waren voor Rostropovich artistieke vrijheid niet los te zien van persoonlijke vrijheid (evenals overigens voor Casals). Dat maakte hem zowel binnen als buiten Rusland tot een symbool. Daar staat tegenover dat zijn werk gevormd werd door zowel vrijheid als onvrijheid. Misschien ligt daarin zijn grootheid en overtuigingskracht.

    BP

    Labels: ,

  • CONTACT
  • Facebook
  •  

    Hopelijk nu voor het laatst: paspoorten en loyaliteiten


    In de dagen dat Vilders moeilijk deed over de paspoorten en de loyaliteit van Het Turkse Meisje van de PvdA en Ahmed de Geweldige heb ik mij meermaals afgevraagd of ik meerdere paspoorten zou willen hebben. Volgens Vilders hangt dat nauw samen met je loyaliteit. Dus eerst maar eens gekeken waaraan ik mij loyaal acht. Aan mijn familieleden? Oké, wanneer ze het niet te bont maken. Zitten daar mensen met dubbele paspoorten tussen? Niet dat ik weet. Het moet gezegd, een zus van mij woont met haar familie in Friesland. Dat is natuurlijk uiterst verdacht. Er woont ook een broer van mij in Frankrijk, maar in Frankrijk wonen doet iedereen al.

    Waar ligt dan verder mijn loyaliteit? Bij mijn werk? Hooguit totdat ik ontslag neem, lijkt me.
    Maar ik draai natuurlijk om de zaken heen, want Vilders bedoelde met zijn loyaliteit: loyaliteit aan volk en vaderland. Ben ik loyaal aan de Nederlanders? De Nederlanders zijn mij bekend en vertrouwd, ik ben er zelf één. De Nederlandse taal is de taal waarmee ik opgegroeid ben en Nederlandse manieren van doen staan mij in de hersens gegrift. Wat mijn afkomst betreft, kan ik ook stellen dat die redelijk pan-Nederlands is, zoals onder meer blijkt uit dit artikel. Maar alles bij elkaar moet toch geconstateerd worden dat zulks - naast vertrouwdheid - niet meer dan sentimentele loyaliteiten oplevert. Want voor het overige heb ik geen grotere waardering voor Nederland en de Nederlanders dan voor welke landen of volken dan ook. Mijn vertrouwen in Nederlanders is ook niet groter dan in niet-Nederlanders. Het enige verschil is dat ik beter weet hóé ik Nederlanders kan vertrouwen. Dus waar heb ik het nu helemaal over? En waar heeft Vilders het over?

    Nu maakt dezelfde reden waarom ik een Nederlands paspoort niet iets heel bijzonders vind (het is meer een formeel bewijsstuk van afkomst en identiteit, dat bovendien gemak verschaft bij het reizen) ook dat ik het weinig interessant vind om nóg een paspoort van een ander land te hebben. Het maakt het reizen in de wereld misschien nóg makkelijker, met name naar het land waarvan je dat andere paspoort hebt. Maar volgens Vilders valt er ook een loyaliteit aan dat andere land uit af te lezen. Dat betwijfel ik. Als dat al zo is, wat heeft die loyaliteit dan precies met dat paspoort te maken?

    Het hebben van twee nationaliteiten en twee paspoorten brengt het juridisch monstrum met zich mee dat je gebonden bent aan twee nationale wetgevingen. Inderdaad, daar zou een probleem kunnen ontstaan. Zo zou HTMvdPvdA wellicht een probleem kunnen krijgen in Turkije in verband met haar denkbeelden en die van de Nederlandse regering. Maar zou ze daarvoor haar paspoort in moeten leveren? Blijkbaar wil zij haar Turkse nationaliteit en paspoort behouden om een formele band te behouden met het land waar zij en haar familie vandaan komen. Daarbij gaat het dus niet in de eerste plaats om loyaliteiten, maar om het formaliseren van afkomst en identiteit; uitdrukkelijk niet om het formaliseren van (ideële) vaderlandsliefde.

    Zeker, dat haalt het monstrum van onderhorigheid aan twee wetgevingen niet weg. Maar wie hier leeft, dient zich aan de Nederlandse wet te houden en wie hier toetreedt tot de wetgevende of uitvoerende macht, heeft ook officieel beloofd zulks te doen. Dat houdt dus in dat mensen als HTMvdPvdA en Ahmed de Geweldige daaraan te houden zijn. Meer nog zelfs dan Uw of mijn willekeurige buitenlandse buren.

    Maar los van paspoorten en wetgevingen heb ik mij meermaals afgevraagd of ik mij ook verbonden voel met andere landen en streken. Zo kom ik sinds 1982 met enige onregelmatigheid in Zambia. Ik mag het wel en wee van dat land en de bewoners graag volgen. Ik voel mij er bij aankomst thuis, ondanks dat een groot deel van de mij bekende leeftijdgenoten inmiddels overleden zijn. En ondanks dat ik er toch een gewone toerist ben.

    Maar zou ik daarom ook de Zambiaanse nationaliteit willen hebben? Misschien is dat handig wanneer je wat wil ondernemen in het land. Maar zou ik daarmee mijn Nederlandse nationaliteit willen opgeven? Dat lijkt mij niet. Ik denk dan niet slechts aan de praktische zaken, maar ook puur aan het formaliseren van mijn afkomst en identiteit. En die zijn nu eenmaal - of ik wil of niet - Nederlands.

    Toch is het een redelijk belachelijk idee je alleen maar Nederlander te kunnen en willen voelen. Een ieder is toch in de eerste plaats mens. Het toeval maakt dat je in een bepaald land geboren bent. Dat is een lot dat we allemaal beschoren zijn, of je nu als Eskimo, als Bosjesman, als Noord Ier, als Palestijn, als Amerikaan of als Nederlander geboren bent.

    Als Nederlander ben ik uiteraard gewend aan een regelgeving waarin dingen óf niet mogen óf persé wel moeten. Ik ben er daarom vóór dat een dubbele nationaliteit verplicht wordt (om er daarná natuurlijk weer tegen te zijn). Bij wijze van gebaar kun je momenteel via de site http://www.paspoortanderland.nl/paspoort.php er gratis en voor niets een paspoort bij krijgen. Vooral wanneer u wel eens uit kinderlijkheid met het ene been in Nederland hebt gestaan en met het andere in Duitsland of België en u daaraan het gevoel heeft overgehouden grensoverschrijdend te zijn. U behoeft dan niet alleen trots te zijn op uw Nederlandse paspoort - voor zover u daar al aandrang toe heeft - maar u heeft dan ook een paspoort van Anderland.

    Overigens, Orhan Pamuk schreef voor The NewYorker over het hebben van een paspoort in een column, veelzeggend getiteld ‘My first passport; What does it mean to belong to a country?‘ Hieruit blijkt hoezeer het hebben van een paspoort te maken kan hebben met sentimenten en al of niet gevoelde stigmata.

    Ik kwam op dit artikel omdat ik een trouwe lezer ben van de weblog van Erkan Saka, assistent aan de Bilgi Universiteit in Istanboel. Zeker in deze tijden is het interessant zijn weblog te volgen. Nietaflatend geeft hij iedere dag een aantal links naar artikelen in de internationale en Turkse media over Turkije en de Europese Unie, al of niet in die combinatie. De links gaan naar internationale kranten en digitale media uit Europa, Amerika en Turkije. Daarnaast wordt zijn weblog doorspekt met zijn persoonlijk leven, zijn gefoeter op een conservatieve oom, het feit dat hij weer es een blauwtje heeft gelopen en (helaas) zijn - laten we zeggen - grote affiniteit met voetbal, in het bijzonder de club Besiktas. Hij is doorgaans spaarzaam met zijn eigen commentaren. Maar waar hij die geeft, is hij vaak prettig helder. Turkije blijkt momenteel weer een land van verschillende loyaliteiten. Zo zie je: maar één of géén paspoort, maar wél gedwongen tot kiezen. Erkan heeft zo zijn bedenkingen over de keuze die er nu gemaakt zou moeten worden tussen het seculiere (maar nationalistische) establishment en de islamitische (maar democratische) regering. Hij geeft dat in het kort weer in dit artikel. Mocht u voetbalhater zijn, dan kunt u bezwaarloos de eerste alinea overslaan. Typisch overigens dat Erkan de hersens bij elkaar tracht te houden waar het de politiek betreft, maar volstrekt hysterisch wordt zo gauw het om zijn voetbalclub gaat. Maar ook daar liggen in Turkije weer allerlei (maatschappelijke en politieke) loyaliteiten aan ten grondslag.

    BP

    Labels:

  • CONTACT
  • Facebook