maandag, maart 26, 2007

 

Doe een wens bij een put of val erin 010



zes maal de panter

I

in de etalage
van een antiekzaak
hangt hij

de kop van een gnoe
een jachttrofee
hij is zo goed als levendig

en eigenlijk heel erg groot
de zwarte haren glimmen
de snuit lijkt vochtig

en tot herkauwen gedwongen
de gekromde horens
hebben de jager opgeroepen

nu moet er iemand komen
van een tropisch oud hotel
die altijd al had willen jagen

die een gnoeënkop wil aan de wand
zo iemand die een koedoe ook al had
en een panter op de vloer

iemand die door de donkere etalage
het felle licht ziet van het middaguur
op een heuvel van de oostbank

van de Luangwa de loomheid
van de zinderende boomsavanne
die reikt tot ver in Mozambiek

in het bos beweegt geen dier
roerloos doorstaan de bomen
het hete middaguur

onzichtbaar en lui
hangt een luipaard op een tak
er roept één enkele vogel

de panter
doet een oogje toe
en denkt aan niets

een auto stopt
de jager wordt gevraagd
wat is gebeurd

de panter rekt zich
geeuwt en springt onhoorbaar
in het rode zand

hij had het al lang gezien
die jager heeft
een lekke band

II

wij dronken ijskoud bier
en tuurden over de rivier
op een zandbank lag een krokodil

heeft u vanmorgen nog
wat wild gezien daar bij die bocht
met die boom? het is daar meestal stil

maar ‘s ochtends is daar soms
een panter
zei de ober rond
lunchtijd met een gelig witte lach

terwijl hij met zijn hand
het zweet wies van zijn zwarte wang
nee wij hebben niet zoveel gezien

zei ik alleen een aap
die dood was of wellicht in slaap
- oh die baviaan is dóód…. misschien

wilt u dan nu de lunch
gebruiken in de buitenlucht?
vroeg de ober met een buiging - doet

u ons maar zacht mals vlees
we hebben honger als een beest
buiten eten doet ons heel veel goed

zei jij en klemde zacht
een hand op mijn verbrande hals
o zo warm en mals op het terras

III

de eerste stralen zijn
nog rood ‘t is kil de nacht verdwijnt
laat nog koele sporen in het zand

de schaduw van de boom
maakt mij nog ongezien en loom
rek ik hand en vingers tot een klauw

ik proef verlangen voel
gemis en wacht heel stil en koel
totdat ik de volgende vertrouw

op lust en liefde en
op eindigheid het maakt niet uit
man of vrouw met wie ik mij verwen

na de nacht is er een nieuwe dag
voor het verteren van mijn buit
en dan een nieuwe jacht

IV

kleumend schuilen tegen hagel
voor de etalage
de gevlekte schuilt tussen het antiek

V

het is
niet
eerlijk

dat ik
- rover
moordenaar

slinkse sluiper
gluipend beest
de allesziende

de zachtgezoolde
de dungesnorde
de gele schim -

dat ik
nu lig
hier

naast een haardvuur
onder
een jachttrofee

een vlekkenjas
doet wonderen
dat moet gezegd

maar op een kille vloer
knagen muizen aan mijn tenen
aan mij

een luipaard
met alleen maar
tanden

er is geen wraak
er is geen geest
ik waar niet rond

ik lig
met ogen
open

ik hoef niet meer
te wachten
op de dood

ik ben dood
ik ben
de dood

VI

in de nacht tuurden wij naar de sterren
en naar de volle maan
af en toe een ster die viel

ook een vliegtuig naar een verre stad
naar het rumoer en naar het leven
het was windstil en warm

met verwondering keek ik naar omhoog
tot plots
stootte hij mij aan

achter de donkere vijver op een grote rots
daar zat in het schijnsel van de maan
een luipaard geel en gevlekt

die keek ons heel stil aan
toen hij zag dat wij hem zagen
wist de panter niet waar te kijken

en likte besluiteloos zijn poot
af en toe opkijkend om te zien of wij nog keken
heel langzaam draaide het puntje van zijn staart

tot dat
hij er genoeg van had
en ruisloos verdween in het struikgewas

wij liepen terug door het donker
de blik van de luipaard overal en in ons hoofd
onze pas gejaagd en vertraagd

bij thuiskomst sloten wij de deur
als afscheid wensten wij elkaar een goede nacht
en droomden wij onrustig naar de toekomst toe

de luipaard sloop zacht rond onder de ramen
en keek voorzichtig naar binnen toe
en voor het laatst zag hij ons samen



BP

Labels:

  • CONTACT
  • Facebook
  • 6 Comments:

    Anonymous Anoniem said...

    Ha Bertus,

    Ik zei het al in De Paas, ik vind dit (na enkele malen lezen weer) een heel mooi en geheimzinnig gedicht, en het roept bij mij een vergelijkbare gemoedstoestand op als bij "a cradle song" van W.B. Yeats: ik citeer enkele regels, mmm, achteraf bekeken de helft:

    The Danaan children laugh, in cradles of wrought gold,
    And clap their hands together, and half close their eyes,
    For they will ride the North when the ger-eagle flies,
    With heavy whitening wings, and a hart fallen cold:
    I kiss my wailing child and press it to my breast,
    And hear the narrow graves calling my child and me.

    Ik hoor hier de wind, en de ruisende zee, en het lachen van die kinderen van de Danaan die het noodlot aankondigen; bij jouw gedicht proef ik haast de grond waarop de panter loopt en de geheimzinnige geluiden van het woud, en het noodlot zit op de achtergrond en wacht op het juiste moment.

    Analyseren kan ik het niet; het is de gemoedstoestand die het oproept. Het smaakt naar meer.

    groet en tot ziens!
    BB

    (er staan enkele andere liedjes (nu met alle teksten en info er bij) op mijn gerestylde website: ik ben benieuwd wat je vindt van "For thee, O lord, I wear a hat")

    donderdag 31 mei 2007 om 20:11:00 CEST  
    Blogger VLR said...

    Een vergelijking met Yeats - hoewel complimenteus, waarvoor dank - voert mij te ver. Yeats was een dichter, voor mij is het niet meer dan een aangename bezigheid die mij - naast de beeldende kunst - op een andere manier naar beelden, associatie, vorm, lengte en volume doen kijken.

    Wat de inhoud betreft: die is met name in VI deels gebaseerd op wat mij en een Zambiaanse vriend op een dag verteld werd over luipaardmannen. Dezelfde avond nog zagen we een panter vlak bij op een rots zitten. De vriend zelf is inmiddels dood. Sinds zijn dood ben ik deze feiten blijven associëren, hoewel ik niet in voortekenen geloof. Want in feite is de natuur amoreel en toont alleen zichzelf. Niettemin zijn er redelijk veel diersoorten die bij mij letterlijk tot de verbeelding spreken.
    Dank voor je gewaardeerde reactie!

    BP

    (Ik zal spoedig even luisteren naar For thee, etc. En je restyling even verkennen)

    donderdag 31 mei 2007 om 22:42:00 CEST  
    Blogger Sean Jeating said...

    Did you ever come to hear Rilke's 'Panther', Bertus?

    woensdag 25 juni 2008 om 18:42:00 CEST  
    Blogger VLR said...

    In fact Rilkes 'Neue Gedichte' was the first collection of German poems i got to know. So Der Panther and its Tanz von Kraft um eine Mitte will always be there for me.

    BP

    vrijdag 27 juni 2008 om 16:20:00 CEST  
    Blogger Sean Jeating said...

    ... months later :)
    Ha that you'd quote exactly this very verse, Bertus.
    It might sound exaggerative, however when pondering about why being a boy I'd - voluntary! :) - memorise 'The Panther' I think this poem might in a way have influenced my way of thinking.

    Well, on the other hand: I might have fallen in love with this poem, 'cause it mirrored my thinking. :)

    woensdag 19 november 2008 om 11:31:00 CET  
    Blogger VLR said...

    Well Sean, it simply proves thst reading poetry can be far more dangerous than meeting a leopard.

    Bertus

    zondag 23 november 2008 om 01:42:00 CET  

    Een reactie posten

    << Home