maandag, juli 05, 2010

 

Engagement zonder opdringerigheid

[Klik op de plaatjes voor een vergroting]

De eindexamen tentoonstelling van Haagse Koninklijke Academie (die was te zien t/m 3 juli) bood weer een enorme veelheid aan beelden en ideeën. Die indruk werd nog versterkt omdat de academie blijkbaar geen mogelijkheden had de tentoonstelling uit te breiden naar andere locaties dan de eigen. Dat leidde er met name bij de afdeling fotografie toe dat er meestal maar heel kleine presentaties te bewonderen waren. De tentoongestelde foto’s leken vooral bedoeld om de kijker te verleiden een blik te werpen in de klaarliggende portfolio’s waarin veel meer werk te bekijken viel. Bij de fotografen deed dat vooral een beroep op hun presentatievaardigheid en dat had uiteraard invloed op wat zij inhoudelijk te vertellen hadden. In een enkel geval was dat jammer. Maar enkele fotografen zaten ook graag bij het werk in de startblokken om iedere potentiële geïnteresseerde te woord te staan. Dat kon leiden tot geanimeerde, zij het vluchtige gesprekken over het werk.

Als gewoonlijk waren de kunstenaars van de afdeling Beeldende Kunst minder initiatiefrijk in het aanspreken van het publiek. Zonder dat ik pleit voor mediatrainingen en dat soort onzin, lijkt het me wel een punt van aandacht om ook jonge beeldende kunstenaars erop te wijzen dat het publiek er is om een reactie van te verwachten.

En ik heb de indruk dat de jonge beeldende kunstenaars veel inhoudelijks willen laten zien. Dat is wel eens anders geweest. Ook de technische vaardigheid waarmee men dat inhoudelijke wil laten zien is heel behoorlijk. En ook dat is wel eens anders geweest. Heb ik me eerder wel gestoord aan jonge kunstenaars die te weinig grip hebben op het vlak of de ruimte, daar hoefde ik me nu amper aan te storen. Er lijkt nu een groep kunstenaars van de Haagse Academie af te komen die geïnteresseerd is in de wereld en zelfs geëngageerd is zonder opdringerig of sentimenteel te worden.


Zo zag ik werk van Roselyne van der Heul. In een kleine ruimte in de Academie had zij een hoek ingericht, bekleed met ruwe wolvlokken, waarin opgerolde menselijke figuren lagen, ook geheel bekleed met wol. Lagen die figuren daar te slapen? Zochten zij elkaars gezelschap, elkaars bescherming, warmte? De wol anonimiseerde de figuren. Het wit van de wol gaf een idee van harde koude, terwijl de vlokkigheid juist een idee van zachtheid en geborgenheid gaf.


Bij Birgit Verwer lijkt de wereld vol van demonen en fetishes, zowel glad en glimmend als kapot en afgeleefd. Zij lijken de weg te wijzen naar geluk en rijkdom, maar ook naar leugens en dood. Zoals in de hier getoonde sculptuur/installatie worden schijnbare overtolligheden en tegenstellingen niet uit de weg gegaan. De klassieke stoel lijkt zitting te bieden aan iets maar doet dat niet. De zitting is zelfs kapot doordat een kleinere stoel eronder er door geboord is. Door beide stoelen steekt zelfs een driepotige standaard waarop een luidspreker is bevestigd die het beeld domineert. Daarachter is een konijnachtige kop. Spreekt het konijn door de luidspreker? Agressie (de door de zitting geboorde kleinere stoel en standaard), luidruchtigheid (de luidspreker), stilte, vertedering (de konijnenkop) en misleiding (de konijnenkop is duidelijk nep en ook niet zachtharig) zitten allemaal in dit quasi-bescheiden werk. Het lijkt ermee het leven te willen bezweren.



Mehdi Zoughlami toonde een intrigerende installatie van een kaal houten staketsel met daarbovenop pontificaal een wat nog het meest doet denken aan een gehoornd hoofd in een doorzichtige mal dat als een geest lijkt te heersen over het geheel. Op de vloer losse stenen, gedeeltelijk op elkaar gestapeld, gedeeltelijk verspreid en enige potten met roodbloeiende planten en een plaatje van Delacroix’ beroemde schilderij van de Vrijheid die het volk leidt. Het statische van de installatie staat in tegenstelling tot het roerige van Delacroix’ schilderij. Alsof het tumult al lang geleden verdwenen is uit de installatie. Alsof er slechts een kale essentie is overgebleven. Maar welke essentie? En wat doen die bloemen daar? Een zich hernemend en steeds opnieuw bloeiend leven onder het oprijzende staketsel? Het portfolio van Zoughlami liet zien dat deze kunstenaar nog veel meer in zijn mars heeft.


Spaanse historie, cultuur en religie worden samengebracht tot iets persoonlijks in de schilderijen van David Pedraza Almazan. De uitgelopen verf benadrukt een dromerige of licht hallucinerende beeldtaal. Twee jongetjes staan aangekleed als volwassenen in de keurslijven van de volwassen man. De grotere, bebrilde jongen heeft een klein, opengeslagen boekje in de handen, de kleinere heeft een groter boek in de handen. Of zij daadwerkelijk lezen in of zingen uit de boeken is niet duidelijk, het is zelfs niet duidelijk of zij lachen of niet. Het geheel heeft de sfeer van een nostalgische familiefoto, genomen bij een plechtige gelegenheid. Maar de omgevallen pot met plant lijkt het geheel te hebben verstoord tot een nachtmerrie, een fout gelopen icoon dat in het geheugen blijft haken.


De schilderijen van Chiara Brunotti zijn niet minder persoonlijk, maar zijn ontdaan van tastbare beelden of herinneringen. Hier zijn het slechts de kleuren en de heftigheid van het materiaalgebruik die een gevoel moeten omzetten in een beeld. Hartstocht, liefde, melancholie en sentiment lijken om het primaat te strijden. Haar abstracte expressionisme krijgt daarmee een bijzondere, persoonlijke toets.

BP

Labels: , ,

  • CONTACT
  • Facebook